Een bezoekje aan Utrecht 03-09-2024



Dinsdag 3 september besloot ik naar Utrecht te gaan. Ik had een vrij reizen kaartje van de NS wat tot eind september geldig was. Ik zou eigenlijk die week een midweek naar mijn broer en schoonzusje in Hardinxveld-Giessendam gaan maar door omstandigheden kon dit helaas niet doorgaan.
Ik had voor Utrecht gekozen omdat ze daar een Nespresso Boutique hebben en dichter bij mijn woonplaats is er geen. Ik had voor mijn verjaardag een Nepresso apparaat gekregen waar ik bijzonder blij mee ben. Natuurlijk zijn de koffiecups wel online te bestellen maar ik dacht ik verenig het nuttige met het aangename.
Even na 12 uur kwam ik in Utrecht aan en ik kende Hoog Catharijne nauwelijks meer terug maar ik was er ook al lang niet geweest. Ik moet zeggen dat daar mijn winkels niet zijn. 
Ik ging al snel naar het Historische Centrum waar het wel heel erg druk was. Ik zag al snel de Nespresso Boutique en nadat ik er mijn boodschap had gedaan (ik kreeg er natuurlijk ook een kopje van mijn lievelings koffie)
Toen ik Stadskasteel Oudean zag besloot ik daar te lunchen.
In de middeleeuwen, omstreeks 1175, was Utrecht de grootste en belangrijkste stad in Nederland. Rond deze periode werd de baksteen herontdekt. De baksteen was lang geleden door de Romeinen geïntroduceerd in Nederland, maar de techniek werd lange tijd niet gebruikt. Pas toen de Utrecht een welvarende stad was en de bouw van houten huizen vanwege brandgevaar in de steden werd verboden, werd de baksteen weer populair. Dit was de start van de bouw van Utrechtse stadskastelen.
Er werden grote stenen huizen gebouwd langs de Oudegracht, midden in het handelscentrum van Utrecht. Deze hoge stenen gebouwen zijn de zogenoemde stadskastelen van Utrecht. De stadskastelen zijn gebouw tussen 1175 en 1500. Eigenaren van de stadskastelen waren vaak rijke en invloedrijke families. 
Alle stadskastelen zijn in de loop van de tijd in meer of mindere mate verbouwd. Een deel van de stadskastelen is nauwelijks nog te herkennen als stadskasteel. Het best bewaard gebleven stadskasteel is Oudaen. 
Ik koos in restaurant Oudaen voor een uitsmijter die me wel heel lekker smaakte.
Er zat een alleraardigst echtpaar naast me die een gezellig praatje met me maakte.
Omdat het lopen niet meer zo geweldig gaat en ik mijn stokken niet bij me had besloot ik een rondvaart door Utrecht te maken.
Vond het wel lastig om die trap naar beneden af te gaan maar er zijn overal altijd wel behulpzame mensen die je willen helpen.
Ik moet zeggen dat ik de info die we tijdens de rondvaart kregen heel erg interessant vond.
De Utrechtse Oudegracht en haar werven zijn uniek in de wereld. Een ingenieus systeem, dat werd bedacht in de Middeleeuwen, en geven vandaag de dag Utrecht haar bijzondere, en gezellige karakter.
Als Utrecht in 1122 stadsrechten en een verdedigingsmuur krijgt, wordt ook begonnen met de aanleg van een vaarroute dwars door de stad: de Oudegracht. Door de verbinding met de Vecht (noord) en de Vaartsche Rijn (zuid) ging de Oudegracht functioneren als een langgerekte haven. Tijdens het graven werd de vrijgekomen grond op de oevers gegooid, waardoor de de straat een stuk hoger kwam te liggen dan de gracht.
Door slim gebruik te maken van het hoogteverschil tussen het grachtwater en de hoger gelegen straat ontwikkelden de Utrechtse kooplieden in de Middeleeuwen een ingenieus havensysteem. De lager liggende aanlegkades (werven) stonden door middel van tunnels onder de straat door, direct in verbinding met de opslagkelders van de grachtenpanden. Handelswaar kon op deze manier makkelijk naar de huizen worden versleept. Van wijn tot lakens, en van groente en graan tot vee: alles werd hier verhandeld en opgeslagen. Aan het begin van de 20e eeuw werd de scheepvaart binnen Utrecht flink ingeperkt, en verdween de bedrijvigheid op het water. Toch worden tegenwoordig de cafés en restaurants langs de gracht nog steeds op de oude manier bevoorraad.
Nog steeds is de Oudegracht het bruisende middelpunt van Utrecht. Langs het water vind je talloze gezellige restaurantjes en horecagelegenheden. De benedenverdiepingen van de stadskastelen en statige grachtenpanden zijn omgetoverd tot hippe horecaconcepten, gezellige barretjes en restaurants met een internationale kaart.  Je kunt hier in de zomer heerlijk dineren aan de waterkant, en in de winter zijn de historische werfkelders een sfeervolle plek voor een hapje en een drankje.
een zogenaamde snotneus
Op de werven zie uit de muren deze door de Utrechtenaren snotneuzen genoemde uitsteeksels steken. Het zijn druppende afvoeren met regenwater waarin waterplantjes groeien.
De rondvaart vond ik bijzonder leuk vooral de informatie die gegeven werd. Als ik nog eens in Utrecht ben doe ik de rondvaart van 1,5 uur denk ik. Vooral omdat ik niet meer zo goed lang kan lopen. Er schijnt ook nog een wandelroute te zijn langs de stadskastelen en misschien is dat ook nog weleens iets om te doen. Nadat ik van de rondvaartboot af was ging ik wat drinken op een terrasje maar omdat het nogal begon te regenen verplaatste ik me naar binnen. Ik vond het jammer dat het er zo druk was op de Oudegracht zodat ik de prachtige grachtenpanden eigenlijk niet op de foto kon zetten.
Toen ik later op het station in Groningen aankwam moest ik nogal een tijdje wachten voordat mijn trein naar Veendam vertrok en nam ik plaats in de mooie hal.
Toen ik later thuis was kon ik terug kijken op een fijne dag.

Ondanks dat ik niet wandelde was ik toch bij de Monnikentocht 31-08-2024


Ondanks dat ik niet meer kan wandelen was ik dit jaar toch bij de Monnikentocht. Dit jaar dan wel niet als wandelaar maar samen met Okko (Heleen haar vader) als bezetting op een verzorgingspost. Tijdens de 4daagse van Diever had Heleen me hiervoor al gevraagd. Wij stonden in het bos bij Jipsingbourtange.
Runners Oost Groningen organiseerde al voor de 26e keer deze tocht voor marathonlopers, ultralopers, sportief wandelaars en Nordic Walking. De tocht gaat vanaf het Klooster (vandaar de naam Monnikentocht) in Ter Apel of vanaf camping De Bronzen Eik in Sellingen (afhankelijk van de afstand) door het fraaie landschap van Westerwolde over verharde en onverharde wegen en paden naar de vesting Bourtange. Het is een Landschapsloop. Zelf heb ik de tocht vier keer gewandeld. In 2018 was het de laatste keer. De afstanden voor de wandelaars zijn 17 km en 33 km. Ik heb de beide afstanden vroeger gewandeld.
We hadden alles ruim op tijd klaar staan voordat de eerste hardlopers en wandelaars er aankwamen. Er stond ranja, cola en water op de tafel en tucjes, koek en stukjes banaan. Dit alles werd erg gewaardeerd door de wandelaars en lopers.
Heleen en Conni die de coördinatie van de verzorgingsposten hadden kwamen bij ons langs en dat vond ik wel heel prettig want ik moest heel nodig plassen en omdat mijn evenwicht zo slecht is durfde ik dit niet alleen in het bos te doen. Trouwens bij mijn weten heb ik nog nooit in het wild geplast. Gelukkig hielp Heleen me anders was ik bij het omhoog komen zo voorover in het bos gevallen😕😕 Ook kwam Harriet bij de verzorgingspost, zij liep 33 km.
Wij kregen bericht dat iedereen onze verzorgingspost gepasseerd was en dus ging alles weer in de auto en gingen we nog bij twee andere verzorgingsposten even kijken voordat we naar de finishplaats Bourtange gingen.
Hier namen we plaats op een terras op het Marktplein. Het was heel erg druk in Bourtange vandaar dat ik er bijna geen foto's gemaakt heb. Trouwens Bourtange is een heel mooi vestingplaatsje wat zeker een bezoek waard is. 
Na afloop was er voor alle vrijwilligers nog een chineesbuffet bij Camping 't Plathuis in Bourtange.
Ik heb een hele leuke dag gehad ondanks dat ik niet meer wandel.
Ook ik kreeg net als de deelnemers aan de tocht een mooie handdoek.