Het was heerlijk vertoeven in Senegal waar ik dit jaar met mijn zusje en een vriendin op vakantie was. Het resort waar wij zaten kon je niet zomaar binnen komen omdat er een hek voor de ingang zat en op het strand was er ook bewaking. Natuurlijk mocht we wel van het resort af wat wij dus ook deden.
Waarom er zo'n hek bij de ingang van ons resort was begrepen wij niet echt omdat er bij de andere resorts en hotels die wij zagen er alleen maar een slagboom was. Misschien om de koeien die gewoon op straat liepen buiten te houden😂😂
Het was leuk om zo buiten het resort te lopen. Zo'n andere wereld als dat wij in Nederland gewend zijn. Ik vond het jammer dat het zo warm was en ik kan niet zo heel erg goed tegen de warmte dus we liepen niet al te ver.
Ik was blij dat ik weer terug in het resort was en ik ging een cappuccino op het terras drinken. De cappuccino was zo lekker in het resort (ik mis die nog steeds nu ik weer terug ben) Mine en Herma gingen naar het strand en ik bleef lekker op het koele terras zitten om te lezen.Ook ging ik 's middags weleens naar mijn hutje om daar met de airco aan te lezen of ik wandelde een beetje door de prachtige tuin van het resort.
Natuurlijk deden we ook een excursie naar het slaveneiland.
Het eilandje Ile de Gorée ligt net ten westen van de
Senegalese hoofdstad Dakar. Tussen de 15e en 19e eeuw was het eiland één van de
grootste centra van de trans-Atlantische slavenhandel. Het nu schilderachtige eilandje
was voorheen bekend als de “Door of no return”. Het was het laatste wat
honderdduizenden slaven van Afrika zouden zien voor ze ingescheept werden voor
de lange reis naar het Nieuwe Amerika.
We werden met een open jeep van het hotel opgehaald (ik zat voorin en Herma en Mine achterop en buiten en hadden het heel erg koud tijdens de rit. We werden bij een soort carpoolplaats gebracht en daar zou een bus ons oppikken. Nu die carpoolplaats was een groot braak liggend stuk grond.
De chauffeur van de jeep bleef totdat de bus gekomen was. We moesten naar de haven van Dakar en ondanks dat het zaterdag was was het erg druk rondom Dakar.
Vanuit de haven van Dakar vaart er verschillende keren
per dag een veerboot naar het eiland en de overtocht duurt zo'n twintig minuten.
De naam Ile de Gorée stamt uit de tijd dat het eiland in
handen was van de van de West-Indische Compagnie. Deze vernoemde het naar het
Zuid-Hollandse voormalige eiland Goeree. Vanwege de geschiedenis met de
slavenhandel staat Ile de Gorée sinds 1978 op de werelderfgoedlijst van UNESCO.
Een eiland als dit moest natuurlijk goed bewaakt worden.
Daarom werden er forten gebouwd op het eiland. Wanneer je aankomt met de boot
zie je direct het ronde fort op de punt van het eiland.
foto van internet
Natuurlijk bezochten we ook het Maison des Esclaves. Dit slavenhuis is in 1990 gerestaureerd om de
wrede geschiedenis van het eiland niet te laten vergeten. Hier werden in die
tijd rond de 200 slaven opgesloten tot ze sterk genoeg waren om de overtocht
naar het Nieuwe Land te maken.
Bij een bezoek aan het huis sta je letterlijk in
de beruchte Door of No Return en krijg je een kijkje in de wereld van de
slaven.
Ik moet zeggen dat het bezoek aan het slavenhuis veel indruk op me maakte vooral over wat de gids allemaal vertelde wat er in dat slavenhuis gebeurd was. Ook dat b.v. wanneer de slaven niet aan het gewenste gewicht kwamen aan de haaien gevoerd werden. Ik was blij dat we als eerste op het eiland het slavenhuis bezochten en later over het mooie autovrije eiland liepen. Het is nu een schilderachtig eilandje wat een inktzwarte bladzijde is in de geschiedenisboeken.
De gids die ons over het eiland rondleidde vertelde ons heel veel over het verleden en over het leven zoals het nu was op het eiland is. De bron van inkomsten is het toerisme. Overal zag je dan ook kraampjes waar van alles verkocht werd.
Ile de Gorée is ook een favoriete inspiratie plek voor
veel kunstenaars. Je ziet dan ook overal kraampjes met schilderijen en fleurige wanddoeken.
Ook was er een atelier waar een kunstenaar met de verschillende kleuren zand die er in Senegal zijn schilderijen maakte. Ik kocht er een schilderijtje voor in mijn blokhut als een souvenirtje voor mijzelf.
We gingen ook naar het fort. In het fort is het Historical
Museum gevestigd dat inzicht geeft in de geschiedenis van het eiland en Senegal
in het algemeen.We waren er snel uit want de informatie die overal bijstond was in het frans en de Franse taal ben ik niet machtig.
De stoel in de binnenplaats kwam als geroepen want ik vond het heel erg warm en omdat ik de laatste tijd nogal slecht loop en het ook nog in mijn rug had was dit we erg fijn om even te kunnen zitten.
Voordat we weer met de veerboot terug naar Dakar gingen hadden we nog een lunch bij de haven. Voor de liefhebbers was er vis. Het voorgerecht was ook vis en dit waren garnalen die bijzonder lekker smaakten.Toen we weer terug in Dakar waren maakten we nog met de bus een rondrit door de stad. Hier waren wel mooie gebouwen en huizen in tegenstelling tot de dorpjes.
De bus stopte bij het Monument voor de Afrikaanse
Wedergeboorte.
Het is een bronzen beeld op een 100 meter hoge heuvel, dat uitkijkt over de Atlantische Oceaan. Het
monument heeft een hoogte van 50 meter en toont een Afrikaans gezin bestaande uit
een jonge vrouw, een man en, in de linkerarm van de man, een kind dat met zijn
arm richting de zee wijst.
Herma en ik bleven in de bus met nog enkele anderen. Mine ging er wel uit. Mine is ook degene die tijdens onze vakantie de foto's nam met haar smartphone.
Bij de carpoolplaats stond er een taxi op ons te wachten (Herma en Mine hoefden nu gelukkig niet in de laadbak van een jeep)Na een een mooi en interessante excursie kwamen we weer aan in ons resort waar we op het terras iets gingen drinken.
Deel 3, het laatste deel volgt.