Een weekje Veluwe van 17-08 tot 24-08-2018

Omdat we deze week 25 jaar getrouwd waren en ik ook tevens jarig was hadden manlief en ik besloten om samen een weekje naar onze geliefde Veluwe te gaan. We vinden het daar altijd heerlijk. Vooral het spotten van wilde dieren (herten en everzwijnen) vinden we geweldig. 
Omdat we de caravan nog op de Veluwe hadden staan konden we op de heenreis binnen door en we hadden geluk want we zagen op de weg, vlak voor de auto, vijf herten oversteken, vier grootte en een kleinere.
Wij vinden het altijd geweldig als we herten of wilde zwijnen zien maar door het gebrek aan water was het ons een paar weken geleden al opgevallen dat je ze nu haast niet ziet. Ik had ook al op radio Gelderland gehoord dat de dieren het hierdoor erg moeilijk hebben.

Daarom moesten we het maar met de kunstwerken die uit hout gesneden zijn door houtcarver Sander Boom doen. De beelden stellen ”typisch Veluwse” dieren voor. De beelden staan door heel Garderen.

Maar natuurlijk is er niets mooier dan de dieren in het echt te zien. We besloten om een keer in het begin van de avond naar het dorp radio Kootwijk te gaan. Wij wisten van vorige jaren dat de kans hier groot is om zwijnen te zien.
Radio Kootwijk is een voormalig zenderpark dat in de eerste helft van de 20ste eeuw een belangrijke communicatieverbinding vormde tussen Nederland en zijn toenmalige koloniën, met name Nederlands-Indië. Het werd gebouwd vanaf 1918. Ook werden er voor werknemers woningen gebouwd, die samen het gelijknamige dorp gingen vormen. Om verstoring van de radiosignalen te voorkomen, werd het ver buiten de bewoonde wereld opgetrokken. Tegenwoordig gebruikt Staatsbosbeheer het voor evenementen.
De mensen die er in de huizen wonen hebben bijna allemaal schrikdraad op hun hekken om de tuin zitten dus dat is wel een bewijs dat er zwijnen komen en ook het bord wat langs de kant staat dat je ze niet mag voeren. En we hadden geluk want we zagen opeens een een gezinnetje zwijnen in de struiken en later de weg overstekken. er waren zeker zeven jongen bij. Wij vonden het geweldig maar we spraken nog even met iemand die er woonde en die vind ze natuurlijk niet zo geweldig, begrijpelijk als ze je tuin omwoelen.
Veel foto's genomen van de zwijnen maar allemaal helaas bewogen.
Wel een tip als je ze wil zien: Let goed op de windrichting; zwijnen zien niet goed, maar ruiken als de beste.
Verder brachten we ook nog een bezoek aan safaripark Beekse Bergen.
In 1968 werd het "Leeuwenpark Beekse Bergen" geopend. Dit bestond toen nog uitsluitend uit een viertal afdelingen waarin men leeuwen vanuit de auto kon observeren. Safaripark Beekse Bergen is nu een commercieel dierenpark dat ligt tussen Tilburg en Hilvarenbeek. Het is qua oppervlakte het grootste dierenpark van de Benelux. Er worden meer dan 150 diersoorten gehouden, variërend van kleine zoogdieren tot grote vogels. Op uitgestrekte open vlaktes bevinden zich zebra's, giraffen en struisvogels. Voorts zijn er leeuwen, neushoorns, olifanten en jachtluipaarden.


En bezoek aan dit park stond al heel lang op mijn verlanglijstje (heel vroeger was ik er al weleens geweest toen het nog een Leeuwenpark was)
Vlak voor de ingang bij de kassa's had je een echt zebrapad maar wij zouden met de auto het park ingaan en hadden al e-tickets. Mijn schoonzusje had kaartjes gewonnen en pikte ons die week een dag op om er heen te gaan.
We genoten erg van de dieren die we al rijdend vanuit de auto zagen. Ik vond vooral de kamelen en giraffen erg grappig omdat deze erg nieuwsgierig waren en met hun koppen bij de portierramen van de auto's binnen keken, Velen hadden ook de ramen van de auto naar beneden gedraaid hoewel er bij de ingang van de autoroute stond dat je ramen en deuren gesloten moest houden. 
Halverwege  de de autosafari kwamen we op het Kongoplein waar je een bootsafari kan doen en daar was ook een groot restaurant waar je wat kon gebruiken. Natuurlijk deden we dit ook en het mooie is dan ook dat er een gids is, een ranger genoemd, die veel vertelt over de dieren die je onderweg ziet.



We hebben erg genoten van dit bezoek aan het park en ik vond het jammer dat ik er ook niet doorheen gewandeld heb want dan zie je nog heel veel meer dieren. Ook heb ik niet alle foto's die ik van de dieren gemaakt heb geplaatst.

Ook brachten we deze week een bezoek aan de Zomermarkt in Nunspeet, vroeger bekend als Eibertjesmarkt.
De oorsprong van deze jaarmarkt ligt bij "Eibertje". Zij leefde omstreeks 1850 in Vierhouten. Zij liep elke week naar Nunspeet om daar eieren te verkopen. 
Terwijl manlief  op een bankje zat te wachten bekeek ik de beeldengroep Bokspringen van kunstenares Suzan Ollebek en las het gedicht wat naast het bankje stond op een bord met een plattegrond.


Ook was er deze week in Barneveld het Ballonfiësta en natuurlijk gingen wij ook een kijkje nemen bij de prachtig hete luchtballonen die de lucht ingingen. Natuurlijk heb ik er maar een paar foto's geplaatst
Rocky
Priscilla
Calimero
Vincent van Gogh
Baby Lente
De volgende dag gingen de ballonnen weer de lucht in en toen kwamen ze niet ver van onze camping over zodat we ze nog eens konden bewonderen.

Wij hebben een heerlijk weekje op de Veluwe gehad. Natuurlijk zijn we op onze trouwdag, wat tevens mijn verjaardag is, uit eten geweest. 
Dit weekje hebben we meer kunnen ondernemen dan toen we er veertien dagen geleden waren en het zo extreem warm was.

Een boottochtje van Elburg naar Urk (vice versa) 30-07-2018

De maandag na de Vierdaagse gingen we naar de camping op de Veluwe waar we altijd heen gaan na de Vierdaagse. Het was erg warm weer en eigenlijk te warm om echt iets te gaan ondernemen maar zo'n week na de Vierdaagse heb ik echt een herstelweek nodig. We deden dan ook niet echt veel bijzondere uitstapjes maar toen manlief met het idee kwam om een tocht je vanuit Elburg naar Urk te gaan maken over de Randmeren was ik natuurlijk gelijk in.
Een randmeer is een water rondom een polder dat als doel heeft de waterhuishouding van de polder te isoleren van het omliggende land. Door de inrichting van een randmeer van voldoende grootte blijft de waterdruk naar het oude land op het oude peil. De polder heeft zijn eigen waterhuishouding.
Ik had gedacht dat het niet al te warm op het water zou zijn maar dat viel toch wel een beetje tegen want er stond eigenlijk geen wind.
Als we de haven van Elburg uit varen komen we als eerste in het Drontermeer het meest oostelijke van de Veluwerandmeren van het IJsselmeer. Het omvat 476 hectare en is buiten de vaargeul erg ondiep. Wat goed te zien is aan de watervogels die gewoon in het water staan.
Het meer grenst in het zuiden bij de brug van Elburg aan het Veluwemeer. Noordelijk, ligt de Roggebotsluis, waar het Drontermeer overgaat in het Vossemeer.
Ook wij moesten net als de kleine pleziervaartuigjes in de sluis geschut worden. Omdat wij het grootste schip waren veronderstelde ik dat dat de reden was dat wij er als eerste in mochten. 
In het totaal hoefde het water in de sluis maar een beetje te zakken zoals op de foto te zien is, dus het schudden in de sluis duurde maar even.
We waren nu in het Vossemeer gekomen. 
Het Vossemeer is 400 hectare groot en maakt onderdeel uit van de Randmeren Noord. Het heeft een gemiddelde diepte van circa 2,4 meter. Het Vossemeer dateert van 1956, ten tijde van de droogmakerij van het toenmalige Oostelijk Flevoland.


Af en toe was het wel erg heet in de zon op het dek en ik was blij dat ik mijn zonnehoedje bij me had.


Vanuit het Vossemeer komen we in het Ketelmeer.
Het Ketelmeer is 3500 hectare groot en maakt ook onderdeel uit van de Randmeren Noord van het IJsselmeer De gemiddelde diepte bedraagt ongeveer 2,4 meter.

Het Ketelmeer ligt voor het grootste deel in de provincie Flevoland en voor een kleiner deel in de provincie Overijssel.
Naar het westen toe staat het in verbinding met het eigenlijke IJsselmeer (de grens wordt gevormd door de Ketelbrug)
Het Ketelmeer ontstond in 1956 toen Oostelijk Flevoland werd drooggemaakt.

De bodem van het Ketelmeer was ernstig vervuild met een 50 centimeter dikke laag slib afkomstig van fabrieken aangevoerd vanuit de IJssel. Dit slib bevatte paks, pcb's en zware metalen. Het verplaatste zich langzaam richting het IJsselmeer. In het Ketelmeer is daarom een slibdepot aangelegd, IJsseloog waar 20 miljoen m3 verontreinigd slib in is opgeslagen. De bodem van het IJsseloog is van klei en de dijken zijn met folie bekleed tegen lekkage.
Ik vond het heel leuk dat ik een afbeelding van een ketel op de oever van het Ketelmeer zag staan.
Na een poosje vaarden we de haven van Urk binnen en kregen we gelegenheid om Urk te gaan bekijken. 


Manlief en ik hadden de dag tevoren al besloten dat we er een vis zouden gaan eten wat we dan ook deden. Helaas vergeten een foto van te maken maar het was zo druk in de viszaak dat we blij waren dat we uiteindelijk onze bestelling geplaatst hadden en een tafeltje bemachtigd hadden. Ik had buiten ook een foto van een mooi bord, wat voor de zaak stond, willen maken maar daar hadden verschillende klanten helaas hun fiets voor gezet. 
Tegen 15 uur gingen we weer terug naar de boot die ons in ongeveer twee en een half uur weer terug naar Elburg bracht.
Toen we uit Urk wegvaarden zagen we in de verte de Ketelbrug waar we al vaak met de auto over gereden hebben maar nog nooit onderdoor gevaren hebben.
Op de terugweg gingen we binnen zitten want het was daar minder warm dan buiten. 
Op de terugweg kwamen er mensen aan ons tafeltje zitten waar we gezellig mee hebben zitten praten. Zij kwamen uit de omgeving van Hardenberg en voordat we het wisten was er een eind gekomen aan deze geslaagde dag.